Een collectieve arbeidsovereenkomst (cao) is een schriftelijke overeenkomst waarin afspraken over arbeidsvoorwaarden zijn vastgelegd. Bijvoorbeeld loon, toeslagen, betaling van overwerk, werktijden, proeftijd, opzegtermijn en pensioen. Ook zaken als scholing, kinderopvang en vervroegd pensioen kunnen in een cao worden geregeld. Een cao wordt afgesloten door één of meer werkgevers(organisaties) met één of meer werknemersorganisaties (meestal vakbonden).
De afspraken in de cao zijn vaak gunstiger dan die in de wet. Zo wordt in de cao vaak een hoger loon afgesproken dan het minimumloon, of meer vakantiedagen dan het wettelijke minimum. Maar de afspraken mogen nooit in strijd zijn met de wet, zoals het Burgerlijk Wetboek en de Wet minimumloon en minimum vakantiebijslag. In de cao mag dus niet een lager loon staan dan het minimumloon, of minder vakantiedagen dan in het Burgerlijk Wetboek.
Cao’s kunnen per bedrijfstak en per onderneming worden afgesloten. In de cao staat altijd welke werkgevers, bedrijfstakken of soorten werk onder de cao vallen. Als er geen cao’s of eigen regelingen van toepassing zijn, moeten werkgever en werknemer samen afspraken maken over de arbeidsvoorwaarden.
De partijen die een cao hebben afgesloten, kunnen vragen of de cao voor de gehele bedrijfstak gaat gelden. De cao wordt dan breder toepasbaar. Ook werkgevers die niet bij de cao-partijen horen moeten er dan aan voldoen. Een verzoek om een cao algemeen verbindend te verklaren, kan worden gedaan aan het ministerie van SZW.
Als in het arbeidscontract staat dat de cao van toepassing is, maakt de cao gewoon deel uit van het contract. Komt de werkgever de cao-afspraken niet na, dan kan de werknemer hem daarop aanspreken. Het kan verstandig zijn om daarbij een vakbond of een rechtshulpverlener in te schakelen. Blijft de werkgever weigeren, dan kan de werknemer naar de rechter stappen. Hetzelfde geldt als er niets in het contract staat, maar de cao algemeen verbindend is verklaard. De meeste bedrijfstak-cao’s zijn algemeen verbindend verklaard